Forse veranderingen zijn onontkoombaar om de zorg toegankelijk te houden. Door de corona-uitbraak wordt dit nog beter zichtbaar. Het huidige zorgstelsel biedt voldoende ruimte, maar de financiële prikkels in de bekostiging moeten gericht worden op de meerwaarde die zorg heeft voor de patiënt. Daarmee bedoelen we zorg die nodig is en bijdraagt aan de kwaliteit van leven van mensen. Pas wanneer de financiën passende zorg stimuleren, zullen trajecten als Zinnige zorg en de Juiste zorg op de Juiste plek hun volle potentieel bereiken. Hiervoor is goede en actuele informatie nodig. Om die te ontsluiten is meer regie van de overheid noodzakelijk. Dat schrijft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) in haar jaarlijkse Stand van de zorg.

Solidariteit is de basis

Komend jaar bestaat het zorgstelsel vijftien jaar. Een goed moment om tegen het licht te houden wat het Nederland heeft gebracht. Bestuursvoorzitter Marian Kaljouw: “Alle inwoners hebben recht op dezelfde basiszorg en dat is geregeld in een goed verzekerd pakket. Solidariteit vormt de basis. Iedereen in Nederland heeft recht en krijgt goede zorg, onafhankelijk van wat je inkomen, leeftijd of gezondheid is. Dat betekent dat rijke mensen betalen voor arme mensen en gezonde mensen betalen voor zieke mensen. Dat is de grootste verdienste van dit stelsel.’

“Een stelsel is niet zaligmakend. Stelsels lossen geen problemen op, dat doen mensen,” aldus Marian Kaljouw. Een van die problemen is de productieprikkel voor zorgaanbieders. Het loont om meer zorg te geven dan nodig is. Daar moeten we vanaf. We zien voldoende mogelijkheden om binnen het huidige stelsel aanpassingen te doen. Zorgverzekeraars maken nog te weinig gebruik van de mogelijkheden om afspraken te maken over uitkomsten van de zorg en innovatie.

"Stelsels lossen geen problemen op, dat doen mensen"

De toegankelijkheid van zorg staat op dit moment zeer onder druk vanwege de corona-uitbraak. Maar ook daarvoor nam de druk op de zorg, de zorgprofessionals en mantelzorgers toe. Er zijn steeds meer mogelijkheden voor behandeling en onze bevolking wordt ouder. De kosten stijgen en de wachttijden lopen op. Het personeelstekort in de zorg is niet alleen op te lossen door nóg meer mensen op te leiden. Er is discussie nodig over wat zorg is, en hoe we kunnen voorkomen dat mensen zorg nodig hebben.

Lessen uit de coronacrisis

Tijdens de eerste coronagolf zijn er veel minder mensen naar het ziekenhuis gegaan. Huisartsen hebben 800.000 minder verwijzingen naar de medisch specialist gedaan. Gelukkig is de acute zorg altijd doorgegaan. Maar een deel van de mensen moet veel langer wachten op zorg, met mogelijk gezondheidsschade tot gevolg. Daar maken wij ons grote zorgen over. Daarom zetten wij ons in opdracht van het ministerie van VWS in om afschaling van de reguliere zorg tijdens de corona-uitbraak zoveel mogelijk te voorkomen.

Tegelijkertijd zien we ook dat een deel van de zorg die normaal geleverd zou zijn, niet nodig is gebleken. Deze zorg hoeft niet te worden ingehaald, maar was normaal gesproken wel geleverd. Wij zien de productieprikkel in het systeem als een van de oorzaken hiervoor. Behandelen loont immers. Daarom wil de NZa de productieprikkels uit het stelsel halen en inzetten op passende zorg. Zorgverzekeraars en zorgaanbieders moeten zorg stimuleren die daadwerkelijk bijdraagt aan het functioneren van mensen. Ook moeten investeringen in digitale zorg lonen. We zullen de minister van VWS binnenkort samen met Zorginstituut Nederland adviseren over passende zorg.

Samenwerking

Tijdens de corona-uitbraak blijkt samenwerking essentieel om goede zorg te kunnen bieden. Tussen de verschillende zorgverleners, en tussen zorgaanbieders en verzekeraars. Regionaal, en landelijk. Actuele informatie is essentieel om de zorg rondom een patiënt te coördineren. Maar ook voor het maken van beleid dat aansluit bij de praktijk. De coronacrisis heeft ons laten zien hoe belangrijk actuele gegevens zijn en dat deze niet altijd beschikbaar zijn. De NZa pleit voor meer regie door de overheid.

De Stand van de zorg wordt door de NZa jaarlijks aangeboden aan de Tweede Kamer.

Frank van Wijck in gesprek met Marian Kaljouw