Gepubliceerd op 7 februari 2022

Ggz-instelling Yulius en zorgverzekeraar Coöperatie VGZ lieten de afgelopen twee jaar zien dat er veel ruimte is voor innovatie in de geestelijke gezondheidszorg (ggz). Met het experiment Nachtverlof sloegen zij de handen ineen. Samen reflecteren ze nu op de eerste positieve resultaten. “Ervaren hoe het is om na een verblijf in een kliniek weer naar huis te gaan geeft vertrouwen. Voor cliënten, het thuisfront én de betrokken behandelaren. Het is niet ingewikkeld om nachtverlof mogelijk te maken, wel is het voor iedereen ontzettend waardevol.”

Zorg dat je meedoet

Het idee is simpel: binnen het experiment Nachtverlof (voluit: Herstelondersteunende vervolgbegeleiding met nachtverlof) kunnen cliënten maximaal drie nachten met nachtverlof gaan als het einde van hun behandeling bij ggz-instelling Yulius nadert. “Het is als het ware een graadmeter om te toetsen of een cliënt echt klaar is om naar huis te gaan”, vertelt Debbie van Kuijk, projectleider ontwikkeling en innovatie bij Yulius. “Voorheen waren er meerdere gesprekken nodig om cliënten en hun naasten voor te bereiden op het ontslag. Dankzij Nachtverlof kunnen cliënten niet alleen in gedachten, maar daadwerkelijk in de praktijk ervaren hoe het is om weer terug naar huis te gaan. Als het verlof goed verloopt, dan laten cliënten zien dat ze eraan toe zijn om onze behandelkliniek te verlaten. Dat geeft cliënten veel zelfvertrouwen, met ontslag gaan wordt daardoor in veel gevallen zelfs een wens in plaats van een vrees.” 

“Het is een veilige manier om te oefenen met nachtverlof.”

Vertrouwen

“Maar dat het prettig is om te oefenen, geldt ook voor het thuisfront”, vervolgt Van Kuijk. “Familieleden en andere naasten kunnen soms huiverig zijn voor een terugkeer, bijvoorbeeld omdat er vroeger escalaties zijn geweest. En evengoed geldt dit voor het multidisciplinaire behandelteam van de cliënt. Het kan voorkomen dat één van de teamleden nog lichte twijfels heeft over of een cliënt er echt aan toe is om de kliniek te verlaten. Omdat het altijd mogelijk is om tijdens een nachtverlof de nachtdienst in te schakelen, is het een veilige manier om te oefenen. En als de nacht(en) goed verlopen, dan groeit dus ook het vertrouwen bij behandelaren en naasten. Het is daarom echt een win-winsituatie voor alle betrokkenen. Maar mocht iemand tijdens het nachtverlof toch tegen dingen aanlopen, dan is er altijd tijd en ruimte voor passende interventies. In die zin is nachtverlof dus in beide gevallen leerzaam; of het nu direct goed gaat of toch nog niet.”

Debbie van Kuijk (links) en Diane Vermaas (rechts)

Eerste resultaten

In april 2020 ging Nachtverlof van start. Carmen Caspers, innovatiemanager ggz bij Coöperatie VGZ, vertelt dat VGZ veel kansen ziet in experimenten zoals Nachtverlof. “Samen met Yulius vormen wij een alliantie waardoor we al langer met elkaar om de tafel zitten en ons nadrukkelijk inzetten om de ggz door te ontwikkelen en daarbinnen te innoveren.” Om Nachtverlof qua financiering rond te krijgen, wordt gebruik gemaakt van de Beleidsregel Innovatie voor kleinschalige experimenten. Het nachtverlof past namelijk niet binnen de reguliere bekostiging omdat de cliënt niet aanwezig is in de instelling. Sec genomen is dus geen sprake van een verblijf tijdens het nachtverlof. Maar omdat het bed wel beschikbaar blijft en ook personeel beschikbaar is, moet dit ook tijdens de afwezigheid van de cliënt worden bekostigd. Een experiment binnen de Beleidsregel Innovatie bood uitkomst. 

Vanaf januari 2021 hebben Yulius en VGZ goed onderzoek kunnen doen naar wat de effecten zijn van met nachtverlof gaan. “Inmiddels hebben 98 patiënten gebruik gemaakt van Nachtverlof, vrijwel twee keer zoveel dan wat bij aanvang de verwachting was”, aldus Caspers. Een andere positieve ontwikkeling is dat verwacht werd dat cliënten maximaal drie keer met nachtverlof zouden gaan, voorafgaand aan het ontslag binnen twee weken. Uit de onderzoeksdata blijkt dat het overgrote deel van de cliënten slechts één keer nachtverlof nodig had, en dat cliënten vervolgens gemiddeld na zes dagen al met ontslag konden. 

Positieve ontwikkeling

“Dat is inderdaad sneller dan verwacht,” licht Diane Vermaas, adviseur bedrijfsvoering bij Yulius, de eerste resultaten toe. “In de praktijk blijkt het vrij snel duidelijk te worden of het nachtverlof goed verloopt of niet. Soms zijn extra nachten na een eerste succesvolle nacht dus niet nodig. En dat geldt ook voor het snellere ontslag: waarom wachten als er vanuit iedereen vertrouwen is?”

“Cliënten zien het nachtverlof echt als een motivatie voor sneller herstel.”

“Dat met nachtverlof gaan voor cliënten echt een stimulans zou zijn, hadden we van tevoren niet verwacht”, vervolgt Vermaas. “Onze cliëntenraad volgt het experiment nauwlettend en is positief. Cliënten geven aan dat zij nachtverlof echt zien als een bevestiging van het ingezette herstel. Dit geeft positieve energie en motiveert om verdere stappen te zetten. We zien naast toenemend zelfvertrouwen, ook minder weigeringen op deelbehandelingen. Cliënten zien het nachtverlof echt als een motivatie om stappen te zetten richting sneller herstel en dat is een heel positief resultaat.”

Ruimte voor innovatie

Net zoals Vermaas is Caspers tevreden over deze eerste positieve cijfers. “Dit initiatief is echt een goede beweging binnen de ggz. Als cliënten eerder naar huis kunnen, dan draagt dat bij aan een betere doorstroom, waardoor meer cliënten behandeld kunnen worden met dezelfde capaciteit.”

“Het helpt dat Yulius en VGZ nu een tweede meerjarenovereenkomst hebben afgesloten”, vervolgt Caspers. “Die zekerheid geeft net wat meer lucht en ruimte om daadwerkelijk met innovatie aan de slag te gaan. Gelukkig blijken er vaak best veel mogelijkheden te zijn als je kennis over zorg en regelgeving combineert. Een experimentbekostiging bleek voor Nachtverlof het best passend, omdat het ons de mogelijkheid geeft om data te verzamelen en resultaten goed te monitoren.”

Carmen Caspers

Financiering

Hoe de financiering binnen het experiment Nachtverlof precies geregeld is? “Voor Nachtverlof hebben we gekozen voor een financiering op basis van het gemiddelde tussen ligdag type D en type E”, legt Caspers uit. “Binnen de ggz hebben we te maken met financiering op basis van verschillende type ligdagen (van H tot A). Dat wil zeggen: hoe intensiever de zorg, hoe duurder het bed. In het geval van Nachtverlof wordt het gemiddelde bedrag tussen D en E gedeclareerd, in plaats van de reguliere ligdag van de cliënt. We onderzoeken nu of dit bedrag inderdaad passend is. Het bed in de kliniek blijft voor de cliënt natuurlijk wel beschikbaar tijdens het nachtverlof, voor het geval het gebruik ervan nodig is.”

“Het lijkt daarmee wellicht dat we met Nachtverlof betalen voor zorg die niet geleverd wordt, maar zo zien wij dat niet”, vervolgt Caspers. “Ons uitgangspunt is: zorg moet in het belang zijn van de cliënt en het herstel. De mogelijkheid van Nachtverlof om als cliënt thuis in plaats van in de kliniek te verblijven, mag niet door bekostiging worden verhinderd. Daarom stappen we met Nachtverlof af van de reguliere bekostiging waarbij alleen daadwerkelijk geleverde zorg kan worden gedeclareerd, en hebben we de financiering op deze manier geregeld. Om iets positiefs en nieuws in de zorg te kunnen introduceren, moet je soms iets doen wat ogenschijnlijk onlogisch is.”

“Al met al is Nachtverlof relatief eenvoudig te implementeren.”

Win-win

“Al met al is Nachtverlof relatief eenvoudig te implementeren”, wil Vermaas graag benadrukken. “Je hebt geen schaalgrootte nodig om te beginnen, al is het natuurlijk spannend als de eerste cliënt met nachtverlof gaat. Maar qua organisatie heb je weinig nodig om met Nachtverlof aan de slag te gaan. En inmiddels is er ook een declaratiecode beschikbaar.” Het zou natuurlijk mooi zijn als meer zorgverzekeraars zich aansluiten bij het experiment Nachtverlof, het zijn er nu nog maar drie, zodat meer zorgaanbieders hier bekostiging voor vinden. Het uiteindelijke doel is natuurlijk dat het structureel bekostigd kan gaan worden. Dat zal het opschalen van Nachtverlof ook echt stimuleren.”

“Onze oproep aan verzekeraars is dan ook: stap in”, vult Van Kuijk aan. “Nachtverlof geeft een concrete invulling aan de ambitie om cliënten zoveel mogelijk thuis, in hun eigen omgeving, te laten herstellen. Het levert blije cliënten op én werkplezier bij verplegers en behandelaren. En ook ambulante teams die vervolgzorg leveren zijn tevreden met een soepele en rustige overgang van de kliniek naar thuis.” 

“Ik ben ervan overtuigd dat als je inzet op kwaliteit, je op termijn kosten terugverdient”, zegt Caspers tot slot. “Bijvoorbeeld omdat het uiteindelijk leidt tot meer duurzame afrondingen van klinische ggz-behandelingen. En voor Nachtverlof geldt: het kan eigenlijk niet duurder worden, en de zorg voor cliënten wordt er alleen maar beter van. We hebben het al eerder gezegd: het is echt win-win.”

Beleidsregel Innovatie voor kleinschalige experimenten

Deze beleidsregel geeft zorgaanbieders en zorgverzekeraars ruimte om te experimenten met innovatieve zorgprestaties en dit ook te declareren. In drie jaar tijd zullen de experimenteerpartijen onderzoeken of deze nieuwe vorm van zorglevering een vaste betaaltitel verdient in de reguliere bekostiging. De innovatieve zorgprestatie kan gericht zijn op:

  • nieuwe of vernieuwde zorglevering met een betere prijs-kwaliteitsverhouding;
  • efficiënte zorgorganisatie waaronder substitutie van tweedelijnsgezondheidszorg naar eerstelijnsgezondheidszorg;
  • verbetering van kwaliteit van zorg voor de patiënt.

In onze informatiekaart leggen wij uit hoe zorgaanbieder en zorgverzekeraars kunnen aansluiten bij bestaande experimenten. Ook leest u hier hoe een innovatie-aanvraag tot stand komt. 

Volg de Nederlandse Zorgautoriteit op LinkedIn en Twitter, en blijf op de hoogte van meer mooie voorbeelden van innovatie in de zorg. In het voorjaar van 2022 zullen wij in een artikel stilstaan bij welke innovatiemogelijkheden er nog meer zijn binnen de ggz en wanneer welke financieringsoptie het best passend is.