Gepubliceerd op 30 juni 2021

Hoe zorgen we voor passende geestelijke gezondheidszorg (ggz)? Zodat deze beschikbaar is voor mensen die deze zorg ook echt nodig hebben? Dat is waar de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) aan werkt. Vanuit de bekostiging maar ook door aandacht te vragen voor intensievere regionale samenwerking over de domeinen heen. Zodat iedereen in Nederland erop kan vertrouwen dat er op tijd goede geestelijke gezondheidszorg beschikbaar is én blijft.

De geestelijke gezondheidszorg is in ontwikkeling. En dat is positief. De ggz staat voor verschillende grote uitdagingen, en verandering is nodig om de knelpunten te verminderen. De financiering is versnipperd doordat de ggz binnen meerdere wetten en domeinen valt, en de wachttijden zijn in veel gevallen te lang. Vooral patiënten met een complexe zorgvraag moeten te lang wachten op een intake en de start van een behandeling. Daarnaast is er ook binnen de ggz sprake van een tekort aan zorgverleners en worden de administratieve lasten als hoog ervaren.

De NZa zet zich actief in om bij te dragen aan de oplossingen voor deze uitdagingen. Dit doen we met de invoering van het nieuwe Zorgprestatiemodel, en door het stimuleren van een andere inrichting van de instroom, doorstroom en uitstroom in de ggz, zodat wachttijden worden verkort, mensen op de juiste plek instromen en niet (te) lang in de ggz blijven. De ggz moet beschikbaar zijn voor de mensen waar de ggz ook echt voor is bedoeld. Er gebeurt nu ‘te veel voor te weinig en te weinig voor te veel’. De beschikbare capaciteit moet doelmatig en passend worden ingezet. Hiervoor zijn kwaliteitsnormen nodig als houvast. Net zoals een betere samenwerking over de domeinen heen, om te voorkomen dat mensen een beroep doen op de geestelijke gezondheidszorg terwijl hulpverlening vanuit het sociale domein geschikter kan zijn. Kortom: de zorg moet passend zijn. Om tot deze ontwikkeling te komen, stellen wij de komende jaren vier doelen centraal:

  1. Zorgvuldige invoering van het Zorgprestatiemodel;
  2. Integraal inzicht in instroom, doorstroom en uitstroom, en maatwerkoplossingen voor knelpunten in de toegankelijkheid;
  3. Betere samenwerking over de domeinen heen;
  4. Meer inzet op goed bestuur en professionele bedrijfsvoering.

Zorgprestatiemodel

Per 1 januari 2022 zal het Zorgprestatiemodel de nieuwe basis vormen van de bekostiging in de ggz en de forensische zorg. We hebben hier de afgelopen jaren samen met het zorgveld hard aan gewerkt. De invoering draagt in de eerste plaats bij aan meer focus op de zorg voor de patiënt. Bijvoorbeeld door de zorgvraag van de patiënt nog centraler te stellen, meer onderscheid te maken naar zorgzwaarte en administratieve lasten te verlichten zodat er meer tijd over blijft voor de patiënt.

“Meer focus op de zorg voor de patiënt”

We nemen met de komst van het Zorgprestatiemodel ook afscheid van ongewenste effecten en prikkels binnen de db(b)c-systematiek. Zo zal de vergoeding gebaseerd zijn op de daadwerkelijke inzet van een zorgverlener uit een bepaalde beroepscategorie. Daarnaast worden verschillende settings geïntroduceerd met een eigen tarief. Hierdoor valt lichtere ggz-problematiek ook in een lichtere setting, met bijbehorend (lager) tarief.

Verantwoording en controle zal zo veel mogelijk vanuit de ICT worden ingeregeld. Ook maakt het model sneller inzicht in zorguitgaven mogelijk, omdat prestaties zijn gekoppeld aan een dag in plaats van aan een zorgtraject van 365 dagen. Dit geeft zorgaanbieders en zorgverzekeraars meer grip op de financiële situatie en meer mogelijkheden voor vroege verantwoording van de zorguitgaven.

Het nieuwe bekostigingsmodel levert voor alle partijen veel voordelen op. Voor patiënten zijn dat kortere wachttijden en duidelijkere nota’s. Voor zorgaanbieders en zorgverzekeraars is dat een groter onderling vertrouwen en betere besteding van zorggelden. Het Zorgprestatiemodel maakt de bekostiging eenvoudiger. Vanzelfsprekend zullen wij nauwlettend monitoren of deze positieve ontwikkelingen ook daadwerkelijk tot stand komen.

Inzicht in patiëntstromen

Een ernstig en hardnekkig probleem in de ggz zijn de wachtlijsten en de te lange wachttijden. De toegang tot zorg staat met name voor mensen met een complexe zorgvraag onder druk terwijl juist zij de zorg hard nodig hebben.

Een mogelijke oorzaak van de (te) lange wachttijden is dat er ieder jaar meer mensen gebruik maken van de ggz. Veel mensen krijgen te maken met persoonlijk leed door psychische klachten als gevolg van levensproblemen. Ook bij relatief lichte psychische klachten wordt de oplossing vaker in de basis-ggz of de gespecialiseerde ggz gezocht. Dit terwijl deze mensen ook – of zelfs beter – op een andere plek geholpen kunnen worden. Zoals door de ggz-praktijkondersteuner bij de huisarts (poh-ggz), of in het sociale domein, bijvoorbeeld als er ook problemen spelen rondom inkomen en schulden.

“Instromen op de juiste plek is belangrijk voor de patiënt”

Als mensen niet direct op de juiste plek terechtkomen, heeft dat niet alleen effect op de kwaliteit van leven van deze mensen, maar ook op de betaalbaarheid en toegankelijkheid van de ggz. Overbehandeling van lichte problematiek heeft indirect namelijk onderbehandeling van complexere problematiek tot gevolg: de behandelcapaciteit binnen de ggz is immers eindig. Wij roepen zorgverzekeraars daarbij op om bij hun zorginkoop voldoende aandacht te hebben voor de groepen die de zorg het meest nodig hebben en zorgaanbieders te stimuleren zich daarop te richten.

Het is belangrijk om de instroom, doorstroom en uitstroom te onderzoeken en daarover in gesprek te gaan. Wij kijken samen met veldpartijen van ggz-aanbieders, verzekeraars en patiënten, het Zorginstituut, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) hoe we deze patiëntstromen in betere banen kunnen leiden.

Domein overstijgende zorg en samenwerking

Samenwerking is cruciaal voor het verlenen van passende zorg, het beperken van de instroom in de ggz en het verkorten van de wachttijden in de ggz. Gemeenten, huisartsen, jeugdhulp, het sociaal domein, ggz-aanbieders en zorgverzekeraars kunnen gezamenlijk de zorg en ondersteuning voor de patiënt beter op elkaar afstemmen, en daardoor de zorg ook beter laten aansluiten bij de patiënt zelf.

Preventie in de ggz

Ook als het gaat om preventie binnen de geestelijke gezondheidszorg, is brede domein overstijgende samenwerking cruciaal. Preventie kan een belangrijke rol spelen bij het mentaal gezond houden van mensen en psychische klachten voorkomen. Laagdrempelige voorzieningen voor het publieke, sociale en zorgdomein, kunnen zorg binnen de ggz terugbrengen.

Binnen het Zorgprestatiemodel is er ruimte voor preventie zonder aparte bekostiging, zolang de preventie valt onder het verzekerde ggz-pakket en gericht is op de individuele patiënt. Preventie kan dan in rekening gebracht worden via de reguliere prestaties, zoals consulten en verblijfsdagen. Als dit leidt tot meerkosten boven het maximumtarief, dan kan met contractvoorwaarde gebruik worden gemaakt van de max-max tarieven.  

Bij een domein overstijgende aanpak kunnen zorgverzekeraars en gemeenten afspraken maken om deze te financieren. Vaak gaat het hierbij om preventie die buiten de aanspraak valt of waarvan nog niet duidelijk is of de interventie mogelijk deels binnen de aanspraak valt. Wij vinden het belangrijk dat er naast de financieringsmogelijkheden die er al zijn, verdere mogelijkheden worden onderzocht. Een mogelijke denkrichting is vergelijkbaar met het wetsvoorstel domein overstijgende samenwerking of bijvoorbeeld het verruimen van de aanspraak voor preventie. Zorgverzekeraars kunnen daardoor structureel investeren in preventieve maatregelen voor bijvoorbeeld risicogroepen en ondersteuning.

Wij zien dat het belang van samenwerking breed wordt onderschreven. Toch komt deze lang niet altijd vanzelf en op structurele wijze van de grond. Met name de versnipperende financiering binnen meerdere wetten maken integrale samenwerking een grote uitdaging. Ook gebrek aan regievoering, gebrek aan vertrouwen en veranderingsbereidheid, en het niet aansluiten van informatiesystemen worden door samenwerkingspartners als knelpunten genoemd.

“Samenwerking leidt tot betere afstemming van zorg”

Gelukkig zien we in Nederland ook voorbeelden van effectieve samenwerking in de keten en over de domeinen heen. In elke regio zijn bijvoorbeeld regionale Taskforces voor wachttijdreductie actief. Andere voorbeelden zijn ‘de Nieuwe ggz’ in Zuid-Limburg, ‘Optimaal leven’ in Drenthe, ‘Werk als beste zorg’ in Dordrecht en ‘GGZ in de wijk’ in Zeist. Wij willen samen met het Zorginstituut leren van goede praktijkvoorbeelden en experimenten. Met initiatiefnemers, en waar nodig met het Ministerie van VWS en de IGJ, kijken we wat nodig is om deze praktijkvoorbeelden verder te helpen. We onderzoeken hoe samenwerking tussen partijen goed bekostigd en goed georganiseerd, en daarmee gestimuleerd, kan worden. De sectoroverstijgende betaaltitel (Zvw-Wlz) heeft daarbij onze aandacht, evenals de consultatiefunctie (Wmo-Zvw).

Geld goed besteden

Goed bestuur en professionele bedrijfsvoering zijn onmisbaar om de geestelijke gezondheidszorg toegankelijk en betaalbaar te houden. Zorggeld moet niet worden verspild en verantwoording moet transparant worden afgelegd. Een zorgaanbieder die passende zorg levert, moet daarvoor beloond worden door de zorgverzekeraar en het zorgkantoor.

“Geen verspilling van zorggeld, wel goede verantwoording”

Vanuit onze rol als toezichthouder zetten wij zowel in op het voorkómen als het stoppen en bestraffen van oneigenlijk gebruik van zorggelden. Hierbij maken we gebruik van een breed palet aan interventies. Zo geven we voorlichting over de geldende wet- en regelgeving, ondersteunen we actief de invoering van horizontaal toezicht met als doel meer vertrouwen en minder administratieve lasten. Daarnaast voeren we constructieve gesprekken met zorgbestuurders over de uitdagingen en kansen in hun streven naar passende zorg.

Ons toezicht op goed bestuur en professionele bedrijfsvoering is in ontwikkeling, net als de geestelijke gezondheidszorg. Zo zien we nieuwe organisatievormen en samenwerkingsverbanden ontstaan, soms domein overstijgend. Dergelijke ontwikkelingen stimuleren en faciliteren we. Bijvoorbeeld door zorgaanbieders meer ruimte te geven om op maat gemaakte zorg te leveren, passend bij wat nodig is en bijdraagt.

Passende ggz-zorg

Onder de noemer van passende zorg willen wij de komende jaren bijdragen aan het verbeteren van de geestelijke gezondheidszorg in Nederland. Het Zorgprestatiemodel, een andere inrichting van de instroom, doorstroom en uitstroom, betere samenwerking over de domeinen heen en meer inzet op goed bestuur en professionele bedrijfsvoering, moeten daaraan bijdragen. Over deze doelen en de activiteiten die wij daarop uitvoeren, informeren wij ook periodiek het Ministerie van VWS. Deze vier focuspunten staan niet op zichzelf maar moeten als tandwielen in elkaar grijpen en versterken. Dan zorgen we er samen voor dat de ggz beschikbaar is én blijft voor de mensen die de ggz ook echt nodig hebben.